Niewsbrief

Tuinjaar

Aardappelen oogsten en opslaan

Het juiste tijdstip om aardappelen te oogsten hangt af van vele factoren (ras, rijpingsgroep, bodem, weer en gezondheid van de plant), maar heeft op zijn beurt een grote invloed op de smaak en de bewaarbaarheid van de aardappelen - en niet in de laatste plaats, natuurlijk, op de opbrengst. Als vuistregel geldt: oogst de aardappelen ongeveer 14 dagen nadat het loof boven de grond is afgestorven.

Het is nodig:

  1. Gereedschap: graafvork, spade of aardappelschoffel.
  2. Accessoires: geschikte verzamel- en transportcontainers (metalen of plastic mand met grotere mazen of jutezak), geschikte opslagcontainers (aardappelhorde, kisten met lattenbodem, aardappelwiers), indien nodig grof zand voor afdekking, stevige werkhandschoenen.

Instructies

  • Het oogsten van aardappelen op het juiste moment. Er is geen uniforme datum, want de rijpingstijd varieert van variëteit tot variëteit.
    Als vuistregel geldt dat aardappelen rijp zijn wanneer het loof vergeeld en verdroogd is en afsterft. (Voorwaarde voor de toepassing van deze regel is echter dat de planten niet zijn aangetast door bacterievuur, die leidt tot voortijdige bladsterfte).
  • Nadat het loof is afgestorven, ongeveer 14 dagen wachten tot de oogst. De reden hiervoor is dat de knollen pas een dikke schil vormen nadat de bovengrondse plant is afgestorven, wat belangrijk is voor een goede bewaarbaarheid.
  • Voor het oogsten kunt u het beste een spitvork gebruiken. De grond kan heel gericht worden doorgeprikt, zodat schade aan de knollen zoveel mogelijk wordt voorkomen. Overtollige aarde en gedroogde bladeren kunnen gewoon met de vork worden afgeschud.
  • U kunt ook met een spade of aardappelschoffel werken.
  • Wees voorzichtig met alle gereedschap en houd er bij het prikken rekening mee dat de knollen wijd verspreid in de grond kunnen zitten - niet alleen direct onder het bovengrondse deel. Doorboor daarom de grond niet in de onmiddellijke nabijheid van de plant en til de plant van onderaf op. Zet de graafvork of spade onder een hoek en gebruik hem als een hefboom.
  • Haal de plant volledig uit de grond en oogst zo de eerste aardappelen. Om de knollen te oogsten die niet met de plant uit de grond zijn getrokken, graaft u de omringende grond voorzichtig om (bij voorkeur met uw handen).
  • Doe de geoogste knollen in een geschikte verzamel- en transportcontainer. Het beste zijn metalen of plastic manden met grotere mazen, waardoor losse grond eruit kan vallen - en dan niet mee de opslag in gaat. Grote hoeveelheden verzamelen en vervoeren in een jutezak ("aardappelzak"). Geen bewaaraardappelen wassen.
  • Sorteer beschadigde aardappelen meteen bij de oogst uit, verzamel ze apart en gebruik ze direct.
  • Rijpe, onbeschadigde aardappelen kunnen maandenlang op de juiste plaats worden bewaard zonder uit te lopen, te verschrompelen of te beschimmelen. Ideaal is een donkere, koele opslagplaats met een hoge luchtvochtigheid. Afdekken met "kelder-vochtig" zand verlengt de bewaartijd.
  • Ventileer de bewaarruimte altijd goed, maar sluit de ramen en dek de aardappelen af als er kans op vorst is.

Oogst de aardappelen wanneer het loof vergeeld en verdroogd is en afsterft

Vul de oogst in manden of zakken

Optimaal worden aardappelen bewaard in een donkere, koele kelder in een bos

    Andere onderwerpen

    De eerste aardappelen kunnen begin april worden gepoot: eerst de vroege rassen die eventueel in maart zijn voorgekiemd. De grondtemperatuur moet ten minste 7 °C bedragen voor voorgekiemde en 10 °C voor niet-voorgekiemde knollen; de eerste oogst kan dan reeds in juli plaatsvinden.

    Ontdek nu

    Als het aardappelonkruid uit de grond komt, kun je beginnen met aarden. Het doel van deze werkzaamheden is de knolvorming te bevorderen, de grond los te maken en onkruidgroei te voorkomen. Het voorkomt ook dat nieuwe dochterknollen uit de grond groeien en vervolgens groen en oneetbaar worden door blootstelling aan licht. Als alternatief kan het aardappelbed ook met mulch worden bedekt.

    Ontdek nu