In 1951 was de Oostenrijkse hoornkammenmaker Friedrich Petz de laatste van zijn gilde die het certificaat van meester ontving, maar zijn gilde werd in de daaropvolgende jaren opgeheven en het maken van kammen werd tot een zelfstandig beroep verklaard. Als gevolg daarvan, en met het toenemende aantal kammen dat industrieel van hard rubber en kunststof werd gemaakt, nam het aantal makers van hoornen kammen gestaag af. De Hornmanufaktur Petz in Wenen is een van de weinige die nog steeds kammen, borstels en haarklemmen van dit natuurlijke materiaal met de hand vervaardigt, en wel sinds 1862. De kennis van de handmatige verwerking is van generatie op generatie doorgegeven; tegenwoordig leidt de kleinzoon van bovengenoemde meester-kammenmaker het bedrijf en produceert hij op de machines van zijn grootvader.