876 jaar geleden werd in de buurt van Bad Kösen het cisterciënzer klooster Sancta Maria ad Portam gesticht - kortweg klooster Pforta. Het klooster werd al in 1540 opgeheven, maar de wijngaarden bleven bestaan en overleefden de deling van Duitsland. Tegenwoordig is Kloster Pforta als staatswijngoed het noordelijkste wijnbouwgebied van Duitsland met de geografische aanduiding Saale-Unstrut. Een van de oudste gedocumenteerde wijngaarden van Duitsland wordt er nog steeds verbouwd: de Pfortenser Köppelberg, die al in de oprichtingsperiode deel uitmaakte van de kernwijngaard van Pforta.

Het ligt hoofdzakelijk op het zuiden met verweerde schelpkalkbodems. Dan is er de Gosecker Dechantenberg, die sinds 1080 gedocumenteerd is als een terrassenlocatie, met een bodem van rode zandsteen en een volledige zuidelijke ligging. Tenslotte behoren de deels zeer steile zuidwestelijke hellingen van de Saalhäuser tot de topplaatsen van het hele gebied. Het gebied Saale-Unstrut is weliswaar niet de warmste streek om druiven te telen, maar het heeft wel weinig neerslag en het ligt beschut. In de wijngaarden wordt een groot aantal druivensoorten geteeld, waaruit blijkt dat de terreinen opnieuw zijn ingedeeld volgens microklimaat. Kenmerkend voor Pforta is dan ook een aanzienlijk assortiment zorgvuldig gevinifieerde sitewijnen, waarvan sommige ook oude wijnstokken bevatten.