TON Weense koffiehuisstoel

Revoluties in de meubelmakerij zijn vrij zeldzaam. De perfectionering van de stoel van gebogen hout door Michael Thonet (1796-1871) was zo'n revolutionaire daad - in drie opzichten. Vanuit technisch oogpunt stond de revolutie al rond 1830 op stapel. Michael Thonet experimenteerde met methoden om hout buigbaar te maken onder invloed van stoom en lijmwater. Hij verbeterde ze stap voor stap; in 1852 kreeg hij na verschillende pogingen eindelijk een octrooi dat zijn methode beschermde om "hout in verschillende richtingen te buigen en te vormen door het te versnijden en weer aan elkaar te lijmen". "Elke bocht" - deze formulering duidt op de tweede revolutie. Met behulp van de gebogen houttechnologie was het ook mogelijk om nieuwe wegen in te slaan in de vormgeving; eenvoudige halfronde bogen als rugleuning, ronde maar massief houten combinaties van stoelruggen en rugleuningen of zelfs gebogen stoelpootverstevigingen waren niet alleen technische maar ook ontwerpinnovaties. Ten derde betekenden de meubelen van gebogen hout een economische revolutie. Ze waren niet alleen geschikt voor productie op industriële schaal, ze vereisten het bijna. Nog tijdens het leven van Michael Thonet leidde het idee van meubels van gebogen hout tot een eigen industrie. Zijn zonen en opvolgers produceerden massaal gebogen houten stoelen en richtten talrijke fabrieken op, voornamelijk in de Oost-Europese regio, die destijds tot het keizerlijke en koninklijke Oostenrijk behoorde. Oostenrijk, waar arbeid goedkoop was en de voorraad beukenhout bijna onuitputtelijk. Een van deze fabrieken werd in 1861 gebouwd in de Moravische stad Bystritz am Hostein, nu Bystrice pod Hostýnem in Tsjechië. Na een bewogen geschiedenis is zij vandaag de dag nog steeds actief als zelfstandige naamloze vennootschap onder de naam TON (továrny na ohýbaný nábytek, oftewel "meubelfabriek van gebogen hout"): Bystritz is de oudste plaats ter wereld waar meubels worden gemaakt door hout met de hand te buigen.