Onze voorouders kenden een uiterst eenvoudige en milieuvriendelijke methode om hout permanent te beschermen tegen milieu-invloeden: warmtebehandeling, waarvoor geen chemische toevoegingen nodig zijn. Het hout (as) wordt opzettelijk veranderd bij 180-220 °C en als het ware "gekarameliseerd", wat resulteert in een donkerbruine kleur. Sommige bestanddelen van de celwanden (hemicellulose) worden afgebroken, omgezet en opnieuw gekristalliseerd. De resterende elementen sluiten de vrijgekomen holtes af. Na deze celtransformatie neemt het hout nauwelijks nog water op. Daarom zwelt en krimpt het niet, zelfs niet als het wordt blootgesteld aan een hoge luchtvochtigheid. En het verliest de neiging om krom te trekken en te scheuren. Thermohout is daarom een ideaal materiaal voor dingen die vaak in contact komen met water.