Veel ziekten in de boomgaard kunnen, als zij in een vroeg stadium worden ontdekt, zonder gebruik van bestrijdingsmiddelen worden bestreden en de verspreiding ervan in de tuin kan worden voorkomen.

Nodig:

1. Gereedschap: scherp en schoon snijgereedschap (afhankelijk van de grootte van de plant en de dikte van de takken: aambeeld- of omloopsnoeischaar met korte of lange steel, liever een kleine zaag die ook in dichtbegroeide kronen kan worden geleid, een ladder indien nodig.
2. Accessoires: container voor snijresten, reinigingsmiddel en, indien nodig, ontsmettingsmiddel voor de snijgereedschappen.

• Controleer kruisbessen op aantasting door echte meeldauw, vooral bij benauwd weer. De toppen van de scheuten worden het eerst aangetast; als daar de typische witte, poederachtige melksluier verschijnt, moeten de aangetaste delen worden afgeknipt en uit de tuin worden verwijderd. (Niet op de compost, maar bij het huisvuil doen.)
• Een typische schimmelziekte van steenvruchten - vooral van de zure kers, maar ook van abrikoos, perzik of in de siertuin van amandelbomen - is monilia. De infectie vindt in het voorjaar plaats via de bloemen, die vervolgens verwelken, maar meestal aan de scheuten blijven zitten. Later verwelken hele scheuten aan de top en drogen ze uit; de ziekte wordt daarom ook wel "tip drought " genoemd. Snij de verwelkte scheuten terug tot op het gezonde hout, verwijder ze uit de tuin en controleer regelmatig of andere scheutuiteinden tekenen van verwelking vertonen.
  Het is natuurlijk beter om besmetting van de plant vanaf het begin te voorkomen. Daartoe moeten reeds in de winter, d.w.z. vóór de bloei, alle dorre takken tot op het gezonde hout worden teruggesnoeid en de zogenaamde fruitmummies (gedroogde vruchten van het vorige seizoen die nog aan de boom hangen) worden verwijderd. Deze delen van de plant waren hoogstwaarschijnlijk reeds in het voorgaande jaar geïnfecteerd; daar overwintert de schimmel en veroorzaakt tijdens de bloeiperiode in het voorjaar een nieuwe infectie, die zal leiden tot verdere verzwakking en na een paar jaar tot de dood van de boom. Het is daarom van belang alle mogelijke besmettingsbronnen (ook in de buurt) consequent en tijdig te verwijderen.
  (Foto: A. Vietmeier, Landwirtschaftskammer Nordrhein-Westfalen)
• Pitvruchten (vooral peren, maar ook appelen en, in siertuinen, meidoorn, sleedoorn, vuurdoorn, dwergmispel of lijsterbes) controleren op aantasting door bacterievuur. Typische tekenen zijn zwarte, verdorde, haakvormige scheutuiteinden en eventueel amberkleurige, speldenknopgrote slijmdruppels. Snijd aangetaste scheuten onmiddellijk en regelmatig weg en verwijder ze uit de tuin.
  Bacterievuur is een van de gevaarlijkste ziekten in de fruitteelt, die wordt veroorzaakt door bacteriën en niet chemisch kan worden bestreden.
• Om te voorkomen dat ziekteverwekkers via het snijgereedschap van plant tot plant worden verspreid, moet u de schaar of zaag na het knippen grondig reinigen en de bladen zo nodig met alcohol ontsmetten.