Hennep voor alle seizoenen

Hoewel hennep nog steeds zelden wordt gebruikt als vulling voor beddengoed, is het een voor de hand liggende keuze omdat hennepvezels uitstekende vocht- en temperatuurregulerende eigenschappen hebben. Dekbedden met een hennepvulling kunnen daarom zowel in de winter als in de zomer worden gebruikt. Dit is te danken aan de vezelstructuur: in tegenstelling tot linnen zijn hennepvezels hol van binnen. Binnenin de vezels kan hennep warmte-isolerende lucht opslaan en je dus warm houden. Tegelijkertijd kunnen hennepvezels (net als linnen) veel vocht opnemen - tot een derde van hun eigen gewicht - zonder vochtig aan te voelen. En ze kunnen vocht ook weer snel afvoeren, wat betekent dat hennep niet alleen als verkoelend wordt ervaren, maar ook zorgt voor een droge slaapomgeving. Nog een pluspunt, vooral voor wie van lichte dekbedden houdt: hennepvezels hebben een laag eigen gewicht. Voor ons all-season dekbed zijn de pure hennepvezels verwerkt tot een ademend vlies dat is doorgestikt met een tijk van fijn, huidvriendelijk katoensatijn, waarvan de katoen afkomstig is van gecontroleerde biologische teelt. Het vulgewicht ligt tussen dat van het zomerdekbed en het hennepdekbed voor de winter. Het all-season hennepdekbed is daarom ook geschikt voor iedereen die het in de zomer graag wat warmer heeft of in de winter niet zo'n dik dekbed nodig heeft. Onze hennepdekbedden kunnen niet gewassen worden, maar dat geeft niet, want de hennepvezels zijn van nature antimicrobieel, antistatisch en vuilafstotend door hun gladde oppervlak en het feit dat ze geen eiwitten bevatten (zoals keratine en lanoline) en worden ook zeer goed verdragen door mensen met een allergie. We raden aan om de deken regelmatig goed te luchten.

Samen met vlas en brandnetel is hennep een van onze oudste nuttige en gecultiveerde planten. Tot in de 19e eeuw waren het belangrijke grondstoffen voor de kledingindustrie, voor touwen, koorden, zeildoek en nog veel meer. Met de industriële revolutie en de triomf van katoen verloren de robuuste vezelplanten aan belang, maar als snel hernieuwbare, natuurlijke grondstoffen scoren ze al punten bij de teelt en oogst en behoren ze daarom vandaag tot de meest duurzame materialen. Hennep heeft aanzienlijk minder water nodig dan katoen. Hennep is sober en bestand tegen ongedierte, zodat noch bij de teelt noch bij de oogst en de verwerking herbiciden, insecticiden of synthetische meststoffen hoeven te worden gebruikt. Met zijn grote wortelstelsel zorgt de diepgewortelde plant voor een goede losmaking van de grond, wat een positief effect heeft op de stevigheid van de bodem. En hennep onderdrukt de groei van wilde onkruiden, waarvan de later in de vruchtwisseling geteelde gewassen profiteren. Maar zelfs als monocultuur kan hennep dankzij zijn zelftolerantie jarenlang zonder problemen op dezelfde grond worden geteeld. Ten slotte is hennep als textiel ook in vele opzichten superieur aan katoen: De weerstand en slijtvastheid van de lange, scheurvaste vezels zijn aanzienlijk beter, daarom werd vroeger zelfs zeildoek van hennep gemaakt. Ook nu nog zijn winning en verwerking zeer kostbaar, maar dankzij nieuwe procédés is het nu mogelijk uit de tamelijk ruwe hennepvezelbundels zeer fijne, gelijkmatige garens te spinnen, die nodig zijn voor kleding en beddengoed. Het gebruik als vulling voor beddengoed is daarentegen betrekkelijk nieuw. Tot 1996 was de commerciële hennepteelt in Duitsland verboden. Sindsdien is het aandeel van de lokale en ook de Europese hennepproductie toegenomen, maar zij kan bij lange na niet aan de sterk toegenomen vraag voldoen. Het merendeel van de verwerkte hennepvezels komt dus uit China.