Zodra aalbessen en frambozen zijn geoogst, moeten de struiken worden uitgedund. Dit houdt de vitaliteit en de gezondheid van de planten in stand en leidt tot een goede belichting van de rijpende vruchten in de volgende zomer. Regelmatig uitgedunde struiken zijn ook gemakkelijker te oogsten.

Nodig:

1. Gereedschap: scherp, schoon knipgereedschap (afhankelijk van de grootte van de plant en de dikte van de takken: aambeeld- of bypass-schaar met korte of lange steel.
2. Accessoires: goed passende werkhandschoenen, bak voor snijresten.

• Bij zomerframbozen moeten de versleten scheuten onmiddellijk na de oogst dicht bij de grond worden afgesneden. Deze frambozen dragen één keer per jaar op de scheuten van het vorige jaar; deze kunnen dus na de oogst volledig worden verwijderd om plaats te maken voor de nieuwe scheuten en - in geval van een eventuele aantasting - om de verspreiding van frambozenscheutenziekte te voorkomen. Verwijder bovendien de zwakkere jonge groene scheuten en te dichte stengels. Laat de meest vitale vijf tot zeven scheuten per plant staan en maak ze vast aan het raamwerk.
• Bij aalbessen ook na de oogst de oudere scheuten (gemakkelijk herkenbaar aan de donkere kleur van de bast) dicht bij de grond verwijderen, zodat er maximaal acht leidende scheuten overblijven. De meeste vruchten hangen aan de jongere, twee- tot driejarige scheuten. Deze krijgen meer licht na het uitdunnen. Ze kunnen zich nu beter ontwikkelen, en volgend jaar krijgen de vruchten meer zon om te rijpen.
• In het geval van zwarte bessen de resterende scheuten extra inkorten tot ongeveer vier ogen (knoppen). Hierdoor ontstaat een sapophoping die de vorming van nieuwe vruchtbare zijscheuten stimuleert.
• Voor ganzenbessen: verwijder door meeldauw aangetaste scheuten en dun uit. Uitgegroeide struiken moeten acht tot tien scheuten van één tot twee jaar oud hebben; verwijder alle oudere takken (herkenbaar aan hun donkere schorskleur) dicht bij de grond.
• Bij zwarte bessen vormen zich nu zijscheuten (stengelige scheuten) in de bladoksels - op de nieuwe stengels die volgend jaar zullen bloeien. Beknip deze tot twee of drie ogen. De tralie blijft beter hanteerbaar en de vruchten van dit jaar krijgen beter zonlicht.